In verband met modereren kan het zijn dat het even duurt voor je reactie zichtbaar is.

donderdag, februari 24, 2022

Ik vertrek 13

Door vaste patronen te volgen lijkt de drang tot overleven steeds gewoner te worden en kunnen we onze gedachten meer de vrije loop te laten. Sinds de vondst van de handflare beginnen we na te denken over het leven na ons verblijf op het onbewoonde eiland. ‘Wat zou jij als eerste doen, als we worden gered?’ vraagt Henk. Ik aarzel geen moment met een antwoord. ‘Op zoek gaan naar een normaal toilet.’ Hij schiet in de lach. ‘Het is wel duidelijk dat jij nooit bij de scouting hebt gezeten, daar was de Hudo, oftewel een gat in de grond, niets bijzonders als je op kamp was. Hudo is de afkorting voor Houdt Uw Darmen Open. Het maakt mij niet uit hoe klein de hut is op het schip dat ons komt redden, ik zou vies en wel op bed gaan liggen om een etmaal te slapen. Hoe vers ik mijn zandkuil ook maak echt comfortabel ligt het niet. Wat zou ik graag een dekbed over me heen trekken.’
Zelf mijmer ik over een warme douche, gewassen haren en geschoren oksels. Als ik hardop over boerenkool met worst begin, helpt nuchtere Henk me uit de droom door te zeggen dat we wat eten betreft na een eventuele redding waarschijnlijk eerst op dieet moeten om onze maag weer te laten wennen aan zwaardere kost.

We vragen ons af hoe het thuis zal zijn. Wordt er nog naar ons gezocht? Zijn we als vermist opgegeven of heeft de familie zich al neergelegd bij het idee dat we verdronken zijn? Volgens Henk mogen ze ons pas dood laten verklaren na vijf jaar vermissing en daar is nog geen jaar van om. Met een ernstig gezicht schetst hij een somber beeld. ‘Mochten we in de komende vier jaar gered worden dan betekent dat nog niet dat we bij terugkomst in Nederland ons leven zomaar weer kunnen oppakken. We keren zonder identiteitspapieren en baan terug in de bewoonde wereld. Het enige wat we hebben is een avontuurlijk en voor de buitenstaander misschien wel ongelooflijk verhaal. Nog voor we ergens voet aan wal zetten is onze redding wereldnieuws en gaan beelden van ons de wereld over. Tegen dat we op Schiphol aankomen zijn we publiek bezit en als we niet oppassen een speelbal voor de media. Zie je het voor je, familieleden met ballonnen en bloemen en het NOS journaal om het emotionele weerzien te filmen. Hopelijk sluit mijn vader onder het oog van Neêrlands volk zijn verloren gewaande zoon liefdevol in de armen, dan is dit verblijf niet voor niets geweest. Hoewel ik nog moet zien wat hij gedaan zou hebben als ik met Davy in de ontvangsthal had gestaan. Het heeft geen zin daarover te speculeren. De kans is groot dat jouw aanwezigheid mijn ouders op het verkeerde been zet en moet ik opnieuw uitleggen hoe het zit. Nou ja, zoals het er nu uitziet zijn we voorlopig nog geen wereldnieuws. Niks zacht bed en een normaal toilet.’
Ik schrik van zijn stemming die gaandeweg zijn relaas meer lijkt om te slaan. Het cynisme ten aanzien van zijn vader treft me. Voor ik er iets kan zeggen staat Henk op. ‘Ik ga even naar Davy.’ Met afgezakte schouders en hangend hoofd loopt hij bij mij vandaan. Onze eventuele reddingsboei bungelt aan zijn broeksriem. En dan begrijp ik het. Gered worden betekent voor Henk opnieuw afscheid nemen van zijn grote liefde.

Tijdens Henk zijn afwezigheid sein ik een tijdje met het spiegeltje noodsignalen uit. Ondertussen denk ik aan mijn flatje in Wageningen, waarvan de huur inmiddels wel is opgezegd. Mijn moeder en mijn broer zullen zich ontfermd hebben over mijn huisraad. Mijn moeder kennende heeft ze vast plaats gemaakt voor mijn boeken en kleine dierbare spullen en is niet alles naar de kringloop gebracht. Aan mijn werk voor de Universiteit van Wageningen wil ik nog niet denken. Ik heb mijn buik vol van wetenschappelijk onderzoek, hoewel overleven op een onbewoond eiland een interessant onderzoeksgebied zou zijn. Nee, als we voet op Nederlandse bodem zetten concentreer ik me eerst op het dagboek. Als het gaat zoals Henk heeft voorspeld over opdringerige media, is er ongetwijfeld een uitgever die daar brood inziet. Wie weet wordt Henk zijn idee van een bestseller bewaarheid en brengt het gedwongen avontuur ons brood op de plank. Want dat Henk zal delen in een eventueel succes staat voor mij als een paal boven water. Ik kan me niet meer voorstellen dat ik in eerste instantie niet blij was dat uitgerekend hij opdook. Ik realiseer me wel degelijk dat ik zonder Henk gillend gek was geworden en dat ik in mijn eentje dit eiland niet had overleefd. Voor mijn part blijven we vrienden voor het leven en sluiten we een samenwerkingsovereenkomst. Verdiept in mijn gedachten ontgaat me een zacht brommend geluid in de verte.

dinsdag, februari 22, 2022

Tegenstelling

 Fijn-Grof
Versterking Hondsbossche Zeewering
Camperduin

foto ferrara
klik voor vergroten op de foto

zondag, februari 20, 2022

Mijmeringen

 
afbeelding internet

Daar sta ik als oudste dochter in ons gezin aan de zoveelste vaat van deze week. Een heel andere dan ik gewend was te doen in de pastorie. Het servies in de pastorie is van fijn aardewerk en beschilderd met afbeeldingen. Mevrouw zegt dat het Wedgwood heet. Ik ben altijd bang geweest iets te breken. Hier in huis is dat niet mogelijk met alle borden en kommen van email. Mijn vader en twee broers hebben zich na het eten teruggetrokken. Denk maar niet dat ze de moeite hebben genomen hun eigen spullen naar de keuken te brengen, laat staan dat ze iets over het eten hebben gezegd. Dat doen ze alleen als het ze niet zint. Zoals vorige week toen ik raapsteeltjes had gekookt met een sausje. Dat vinden ze maar dure fratsen die ik heb overgenomen uit de pastorie en die horen hier niet thuis. Het lijkt of voor de mannen hier in huis het leven niet is veranderd na het overlijden van moeder. Voor mij is het leven er niet leuker op geworden. Afgezien van het feit dat ik moeder moet missen ben ik ook mijn dienstje in de pastorie kwijtgeraakt. Vader wil dat ik het huishouden hier verzorg.

Dominee en zijn vrouw hebben nog geprobeerd hem op andere gedachten te brengen, maar het leek wel of vader daar nog dwarser van werd. Hij is er altijd op tegen geweest omdat mevrouw mij ook andere dingen leerde dan alleen huishouden. Vader vindt dat voor vrouwen niet nodig, daar worden ze maar eigenwijs van zegt hij. Moeder was er juist blij mee, dat ik na de lagere school nog iets bij leerde. Ze vroeg me vaak haar voor te lezen uit de boeken die ik meekreeg uit de pastorie. Ze negeerde vaders commentaar en nam het voor me op. Moeder zou nooit hebben toegestaan dat ik nu voor mijn vader en broers zorg.

Vader moest eens weten dat ik elke woensdagmiddag naar de pastorie ga om aan een boek te schrijven. Mevrouw helpt me daarbij en haar neef, die uitgever is, heeft na het lezen van de eerste hoofdstukken gezegd dat hij het boek, als het klaar is, wil uitgeven. Dat boek moet de springplank naar mijn vrijheid worden. Vader zal woedend zijn en me pas laten gaan als ik meerderjarig ben. Ik heb nog drie jaar om me voor te bereiden op een zelfstandig bestaan. Ooit zal ik voor mezelf kunnen zorgen en zal mijn droom uitkomen. Schrijven en daarmee de kost verdienen. Desnoods betaal ik de huishoudelijke hulp die mij moet vervangen uit eigen zak.
Moeder zou trots op me zijn geweest.

De schrijfveer voor vandaag is 'mijmermooi'. Bovenstaand verhaal is een schrijfopdracht uit 2013 die ik de titel Mijmeringen meegaf.

donderdag, februari 17, 2022

Ik vertrek 12

De eenzijdige voeding begint geleidelijk zijn tol te eisen. Aan onze spiermassa is te zien dat het gebrek aan eiwit ons parten speelt. Om de conditie enigszins op peil te houden lopen we dagelijks een flinke ronde over het eiland en controleren meteen of de noodsignalen nog intact zijn. Drie keer per week doet Henk een extra training in de bush. Een keer vergezel ik hem daarbij, maar ik bezorg hem meer last dan me lief is. Het geklauter over de omgewaaide bomen kost me meer energie dan dat het oplevert. Zwemmen is beter voor me, hoewel dat ook niet zonder gevaar is. Nadat ik op een zee-egel ben gestapt verricht Henk intensief en pijnlijk peuterwerk aan mijn voetzool. 

Ik beleef opnieuw iets soortgelijks uit mijn jeugd en vertel Henk van de vakantieweek die ik in Paterswolde doorbreng. Ik ben een jaar of tien als ik samen met mijn broer en moeder bij familie logeer. In mijn herinnering is het prachtig weer en zwemmen we dagelijks in het meer aan de overkant van de straat. Op een dag boort zich vanaf een houten vlonder een splinter in mijn grote teen. Er steekt nog een klein puntje naar buiten. Mijn moeder diept uit haar badtas een veiligheidsspeld op en gaat het stuk hout, want dat het is in mijn beleving, voortvarend te lijf. Niet vrij van theater laat ik luidkeels de badgasten om ons heen weten dat hier iets ernstigs gaande is. Mijn moeder stijgt het schaamrood naar de kaken en ze knijpt extra hard in de teen en sist: ‘Frida, stel je niet zo aan, zo erg is het niet.’ Ik denk er anders over en doe er nog een schepje bovenop. Het gevolg is dat mijn moeder haar operatie staakt en mij met een nijdig gebaar de veiligheidsspeld in handen duwt, ik moet de klus zelf klaren. Aan het meer keert de rust terug en ik zit geruime tijd in een onhandige houding om de splinter in kleine stukjes uit mijn teen te pulken. Tot mijn teleurstelling blijft er weinig van het stuk hout over en kan ik het niet aan mijn oom en tante laten zien. Henk grinnikt. ‘Van mij  mag je gerust het eiland bij elkaar jammeren er is hier niemand die mij het schaamrood op de kaken jaagt, maar eigenlijk is het niet meer nodig. Door je te concentreren op je verhaal lag je er ontspannen bij, ik ben bijna klaar.’
Bang voor een infectie zit ik even later op een rotsblok met mijn voet in het bijtende zoute zeewater om de wondjes schoon te spoelen. Een zwachtel uit de kit en de sokken van Davy voorkomen dat de voet gaat ontsteken. Het duurt een paar dagen voor we weer samen een ronde kunnen lopen. Ik voel me een blok aan het been van Henk, maar die vindt het gebeuren onder het hoofdstuk “wondbehandeling” interessante bladvulling voor het dagboek. Voortaan zwem ik met mijn sandalen aan.

Tussen de bedrijven door hanteert Henk zijn Zwitsers zakmes om ons servies uit te breiden. Naast het ene kroesje dat we hebben heeft hij uit een plastic fles een tweede bekertje gesneden. Met eindeloos geduld is hij dagen bezig om uit een dikke tak twee plankjes, als bordjes, te snijden die hij met een glasscherf glad schuurt. Ook voor de persoonlijk hygiëne doet het multifunctionele mes dienst. Hoewel onze nagels steeds vaker spontaan afbrokkelen houden we ze ultrakort met het schaartje en de vijl die onderdeel van het zakmes zijn. Henk trimt zijn baard met behulp van het schaartje en het seinspiegeltje. Om klitten te voorkomen houden we met de grote schaar uit de kit elkaars haar kort. Alle moeite ten spijt gaan we er steeds taniger uitzien. Soms heb ik een nachtmerrie en droom ik dat onze tanden een voor een uitvallen. 

En dan, op een ochtend raapt Henk langs de vloedlijn een rode koker op. Met verbazing zie ik hoe mijn doorgaans zo nuchtere makker uit zijn dak gaat. Als een voetbalsupporter van de winnende club springt hij op en neer. Juichend zwaait hij de gevonden trofee boven zijn hoofd. ‘Frida, dit staafje gaat ons redden. Het is een handheld flare, waarschijnlijk afkomstig van het vlot dat we hebben gevonden. Als je het dekseltje verwijdert geeft het gedurende een minuut oranje rook af. Vanaf een boot of vanuit een vliegtuig is dat goed zichtbaar. Met een beetje geluk vinden we er nog een.’ Zijn blijheid verraadt dat hij meer zorgen heeft over een eventuele redding dan hij tot nu toe laat blijken. Benepen vraag ik: ‘Denk je dat het nog werkt, nadat het weken in zee heeft gelegen?
‘Natuurlijk werkt het, die dingen zijn waterdicht, anders hebben ze toch geen zin. De koker moet voortaan altijd bij een van ons onder handbereik zijn. Zodra we een vliegtuig horen aankomen geven we het rooksignaal.’ Nauwgezet speuren we het strand af, maar die dag vinden we, behalve een stuk isolatiedeken dat te klein is om onder te slapen, niets meer van ons gading.

dinsdag, februari 15, 2022

Tegenstelling

 Expres-Per ongeluk
Koningsdag 2020 Alkmaar

foto ferrara

Bij gebrek aan een echte vlag werd er aan deze waslijn een originele driekleur opgehangen. Dat het per ongeluk de Franse vlag werd was vast niet de bedoeling.

vrijdag, februari 11, 2022

Complicatiespreekuur

‘Goedemorgen meneer van Dijk. Hoe gaat het met u?’

‘Ach, dokter ik mag niet mopperen. De linker band van mijn rolstoel is lek en de remmen zijn gebroken, maar gelukkig was de buurman zo aardig mij naar uw praktijk te rijden. Als ik op de lange afstand ga, gebruik ik de booster. Gisteren begaf de accu het terwijl ik midden op het fietspad in de duinen stond. Toen ik de servicedienst wilde bellen bleek dat ik had vergeten mijn telefoon op te laden. Uiteindelijk heeft de boswachter er voor gezorgd dat de servicedienst me vlot kwam trekken. Het werd al aardig donker en tot overmaat van ramp begon het te regenen. Aangezien mijn laptop stuk is had ik niet op buienradar kunnen kijken en had ik de gok gewaagd geen regenkleding mee te nemen. Doorweekt kwam ik thuis en toen ik een warme douche wilde nemen struikelde ik over de rand van de douchebak en stootte mijn grote teen. Ik zal u de woorden besparen die uit mijn mond kwamen. Vervolgens bleef de traplift halverwege de trap hangen, maar gelukkig had ik mijn alarmmedaillon om en dus verscheen de buurman om me uit die benarde positie te redden. Hij was zo vriendelijk mij in de relaxstoel te parkeren, de afstandsbediening van de TV binnen handbereik te leggen en omdat hij er toch was heeft hij ook maar even koffie gezet.  Al met al was het best een vermoeiende dag geweest en toen de wijkzuster kwam om mijn elastische kousen uit te trekken lag ik compleet voor pampus met de TV op volle sterkte want de batterijen van mijn gehoorapparaat waren leeg.’ 

'Lastig al die techniek, maar wat kan ik voor u doen meneer van Dijk?’

‘Naar die blauwe teen kijken die ik heb gestoten, dat vertelde ik toch?’

Dit is een oud verhaal uit januari 2016 en staat in mijn archief als een WE-300 met de titel Struikelblok. WE-300 was destijds een schrijfuitdaging waarbij je een woord kreeg aangereikt waarover je in 300 woorden moest schrijven zonder het woord te noemen. Toen was het woord gezondheid. Zes jaar geleden had ik geen idee dat het verhaal ongewijzigd vandaag als schrijfveer dienst kan doen. 

donderdag, februari 10, 2022

Ik vertrek 11

Een week na de storm hebben we de zaken weer aardig op orde. Droog materiaal om een vuurtje te stoken ligt voor het oprapen. Het eerste visje dat we roosteren is na alle fruit een streling voor de tong. Verspreid over het eiland liggen in totaal drie noodkreten om de buitenwereld te laten weten dat dit eiland inmiddels wordt bewoond. Mijn vage buikklachten zijn verdwenen, vermoedelijk is door de stress en de emoties die de storm heeft veroorzaakt mijn hormoonspiegel opnieuw op achterstand gezet, ik ben er niet rouwig om. Daarbij maak ik me over maandverband geen zorgen meer nadat Henk een groot badlaken heeft gevonden met het logo van een luxe cruiseschip. Ik knip een gedeelte van de dikke badstof aan stroken en leg ze in het krat bij de kleren van Davy die we als reserve bewaren. De vage herinnering aan de waslijn van mijn oma wordt verdrongen door het beeld van een corpulente passagier in een ligstoel op het zonnedek van het drijvende hotel. IJsklontjes tinkelen in zijn cocktailglas met een gifgroen drankje. Als hij het laatste slokje heeft weggewerkt staat hij op en hijst zijn voldane lijf op een barkruk. Het badlaken blijft achter in de ligstoel. Ik schud het beeld van me af en knip van de rest twee handdoeken die we kunnen gebruiken als we hebben gezwommen. Om onze hoofden tegen de felle zon te beschermen gaan ze overdag als tulband dienst doen. Opgerold zijn het ’s nachts prima kussens. Hebben wij even mazzel dat de bediening te laat was om de rommel van de rijke gast achter zijn gat op te ruimen.

Het grootste deel van de dag zijn we bezig met het zorgen voor eten. Van het ontrafelde touw heb ik een soort boodschappennet gevlochten dat we gebruiken om fruit te verzamelen. De gevangen vis houden we in het net tussen de rotsen een paar dagen vers. Het menu wisselen we af met alles wat de zee aan etenswaar heeft te bieden. Gekookte zeester is geen succes. Na het verwijderen van de stekelige huid blijkt de papperige substantie muf te smaken, maar kieskeurigheid is een luxe die we ons niet kunnen permitteren. Dat blijkt ook wanneer Henk op een strooptocht door de bush een nest met eieren vindt. Hij snoert de gewetensvolle bioloog in hem de mond en laat de gedachte aan de vogel die haar kroost voor een moment onbeschermd heeft achtergelaten niet toe. Opgebakken in een leeg olijfolieblik smullen we twee dagen achtereen van een omelet gevuld met mosselen en garnalen. Een bekertje geperst ananassap smaakt erbij als mierzoete witte wijn die ik thuis nooit zou drinken.

Op de momenten dat er niets te redderen is, overvalt me wel eens de angst dat we hier nooit meer vandaan komen. Om die onheilspellende gedachten de baas te blijven doen we spelletjes. Boter, kaas en eieren laat zich makkelijk in het zand uittekenen evenals galgje. We bedenken moeilijke woorden en om het spel extra lang te maken moet het poppetje dat komt te hangen kleren aan krijgen. 

In de hoop beter zichtbaar te zijn blazen we het kookvuurtje nieuw leven in als het donker wordt. Dat is ook het tijdstip dat we elkaar anekdotes uit ons leven vertellen waarvan ik in het dagboek kort verslag doe. Op een avond vertelt Henk dat zijn vader de geboorte van zijn eerste en naar later zal blijken, enige kind mist.
‘Mijn moeder heeft flinke weeën en staat dapper haar mannetje maar dat kun je van mijn vader niet zeggen. Rondjes lopend in de verloskamer werkt hij de verloskundige behoorlijk op de zenuwen. Hij sommeert mijn vader aan het hoofdeind van het bed te gaan zitten, waar zijn vrouw de zweetdruppels op het voorhoofd heeft staan. Hij zwabbert ongericht met de natte washand die hij in zijn handen krijgt gedrukt en na wat lauwe halen probeert hij voorzichtig de deur van de verloskamer te bereiken. Hij wordt deskundig onderschept en weer aan het hoofdeind van het kraambed geplant. Hij hoeft niet mee te kijken als hij dat niet durft maar zijn vrouw onder deze omstandigheden in de steek laten gaat de assisterende verpleegster in de kraamkamer te ver. Daadwerkelijke steun heeft mijn moeder van mijn aanstaande vader niet te verwachten. Bij de volgende perswee wordt het hem te machtig en glijdt hij langzaam van de stoel op de grond. Net op dat moment besluit ik ter wereld te komen. Terwijl mijn vader door de opgetrommelde hulp bij zijn positieven wordt gebracht, krijs ik de verloskamer bij elkaar.’ Henk valt even stil. ‘Ik realiseer me nu dat die ervaring misschien wel de reden is dat hij me nooit goed heeft gehoord. Daar moet ik nog eens over nadenken.’ 

De volgende morgen bij daglicht schrijf ik het verhaal van de landing van Henk  op aarde. Henk denkt dat het boek met levensverhalen en overlevingsrecepten een bestseller wordt. Ik geef het weinig kans zolang we op dit eiland vastzitten.

dinsdag, februari 08, 2022

Tegenstelling

 Gierig-Gul
Voor de grote en kleine giften
Laurentiuskerk Alkmaar

foto ferrara
klik voor vergroten op de foto

zaterdag, februari 05, 2022

Op en Rond de Deur

Laarzenschrapers
Klik voor het blog op de deurklink rechts op de pagina
of:http://ferrara-openronddedeur.blogspot.com/2022/02/laarzenschrapers.html

donderdag, februari 03, 2022

Ik vertrek 10

De volgende morgen is de zee weer net zo rustig als voor de storm. Het strand biedt een andere aanblik, er is meer troep aangespoeld dan we de afgelopen weken hebben gezien. We eten wat dadels en drinken het regenwater dat nog een beetje uit de struiken drupt. Na vandaag zal dat niet meer lukken. De zon zet het verdampingsproces met kracht in gang. Uit angst mijn schrijfspullen voorgoed kwijt te zijn doe ik het voorstel eerst een ander pad naar de grot te zoeken. Henk begrijpt het, maar wil zo snel mogelijk nieuwe noodkreten in het zand leggen. ‘Als de zon te hoog staat om op het strand te zijn ga ik inkt, pen en het boek waarin je bezig bent ophalen. In mijn eentje klauter ik sneller.’

Tevreden met de geboden oplossing beginnen we aan een zoektocht naar bruikbaar materiaal. Al snel ervaren we het gemis van het krat om een en ander in te verzamelen. Lege plastic flessen waarvan sommige fel gekleurd en verroeste blikken vullen we met zand ter verzwaring. Afgewisseld met stenen en schelpen leggen we een proefletter. De kleuren van de flessen doen de letter beter uitkomen tegen de zandige achtergrond. Als we de noodkreten van kleur willen voorzien moeten we met deze voorwerpen zuinig omspringen. Een ding is duidelijk, het gaat dagen duren voor we het eiland rond zijn. Alles wat we op dit stuk strand vinden en in onze armen kunnen houden verzamelen we op de plek waar de proefletter ligt. Ik ben de koning te rijk als ik grote stukken oranje rubber vind, dat is nog eens een opvallend kleurtje. Enthousiast zwaai ik er mee naar Henk die meters verderop gerafeld touw bij elkaar raapt.
Even verstrakt zijn houding, dan laat hij zijn buit vallen en komt naar me toe. Hij ziet bleek. ‘Dit zijn waarschijnlijk stukken van een reddingsvlot, wie weet heeft Davy er op gelegen, hij ligt niet ver hier vandaan begraven.’ Ik zie dat het hem aangrijpt en stel voor te pauzeren en samen het graf van Davy te bezoeken. Ik ben amper uitgepraat of Henk is al op weg. Mijn vermoeden dat Henk voor de kok gevoelens heeft ontwikkeld worden steeds sterker. Met opzet vertraag ik mijn tempo zodat hij even alleen kan zijn. Vanaf een afstandje zie ik dat hij tranen uit zijn ogen veegt. Ik heb met hem te doen, hij kan er maar beter over praten. Als ik naast hem sta vraag ik recht op de man af. ‘Hadden jullie samen iets?’ 
‘Is het zo duidelijk? Dat hadden we wel gewild, maar aan boord was het onmogelijk. De kapitein zou dat niet getolereerd hebben. Het is al tijdens onze zeeziekte ontstaan. Je hebt zelf ervaren hoe zorgzaam Davy was. We werden tot over ons oren verliefd en spraken af om werk van elkaar te maken zodra de expeditie was afgelopen. Ik kan je zeggen dat het loodzwaar was bij hem uit de buurt te blijven, maar ik wilde hem geen problemen bezorgen. ’s Avonds in mijn kooi fantaseerde ik dat Davy mee naar Holland kwam en dat we samen op Texel een bestaan zouden opbouwen. Ik heb hem dat nooit kunnen vertellen. Ik had me al verzoend met de gedachte dat hij een mooie herinnering aan deze reis was geworden. Kun je je voorstellen wat er gisteren door me heen ging toen ik hem vond. Huilend heb ik hem van zijn kleren ontdaan en heb hem daarna begraven. Ik nam me voor je voorlopig niets over onze verliefdheid te vertellen. Het was voorbij voordat het goed en wel was begonnen. Ik merk nu hoe prettig of het is om er wel over te praten. Ik ben blij dat je het weet.’  Ik sla een arm om zijn middel. ‘Praat over Davy zoveel je wilt.’ Henk zucht. ‘Dank je wel. Kom we gaan kokosnoten zoeken, het wordt tijd dat we iets drinken. Daarna gaan we aan de slag met de restanten van het reddingsvlot.’ 

We werken stug door en stoppen pas als het eerste S.O.S-bericht weer in het zand ligt. De oranje kleur zal vanuit de lucht goed opvallen. In een restant van een visnet verzamelen we zoveel mogelijk materiaal om morgen mee te nemen naar een andere plek om nog een bericht te maken. Als we weer vis kunnen vangen kan het dienst doen tussen de rotsen om de vangst een paar dagen vers te houden. 

Henk houdt zich aan zijn belofte en gaat terug naar de grot. De survival kit hangt als vanouds aan zijn schouder, dit keer heeft hij het visnet eraan vastgeknoopt, want hij is van plan ook de container met water mee terug te nemen. Ik denk op een schaduwrijke plek een kluwen touw te ontrafelen, maar word opgeschrikt door Henk zijn stem. ‘Wakker worden schone slaapster, hoog tijd om je dagboek bij te werken.’

dinsdag, februari 01, 2022

Tegenstelling

Leuk-Vervelend
gespot achter een raam
in Amsterdam

foto ferrara
klik voor vergroten op de foto