Na een controle van het hele schip is de "Quo Vadis" overgedragen aan de eigenaar en haar nieuwe bemanning. Gaston doet verslag van de drenkeling die dol was op zijn pannenkoeken. Omar Ghulam, de eigenaar van het jacht, wil het naadje van de kous weten over Gulliver. Tjibbe grijpt zijn kans: hij steekt zijn zorgen niet onder stoelen of banken. 'Als zich niemand meldt, wat moet er dan worden van het jongetje. Hij zit misschien voor jaren moederziel alleen in een weeshuis. Wij kunnen wel een kleine bijdrage leveren voor zijn opvoeding, maar het kind heeft nog een heel leven voor zich. Hij zal een opleiding moeten volgen en ooit een vak leren om in zijn eigen onderhoud te voorzien.' Tjibbe ratelt door. 'Ik vermoed dat hij uit Finland of IJsland komt.
Ik heb hier een week om het uit te zoeken. Het liefst zou ik zelf op zoek gaan naar eventuele familie, maar ik wil de autoriteiten niet voor de voeten lopen. Kunt u niets voor hem betekenen?'
Ghulam grijnst. 'Wat denkt u, die rijke Arabier met zijn dure schip kan wel een paar dollar missen?'
'Wilt u een eerlijk antwoord? Dat denk ik inderdaad.'
'Doe uw best de komende dagen, hou me op de hoogte. Afhankelijk van het resultaat zal ik kijken wat ik voor hem kan doen. Mocht u in Finland uitkomen. Die ambassade zit in Abu Dhabi, anderhalf uur rijden van hier, mijn chauffeur kan u brengen. Succes!'
's Avonds zitten Tjibbe en Gaston in de lounge van het hotel waar ze de vrije week zijn ondergebracht. De rest van de bemanning ligt in het zwembad. Tjibbes laptop staat op tafel. Ze willen zo snel mogelijk achterhalen wat Gullivers land van herkomst is. Gaston wil beginnen bij de pannenkoeken, volgens hem ligt daar de sleutel. Hij vraagt Google Translate het woord in het Fins te vertalen. 'Pannukakku' zegt het programma. 'Bingo', roept Gaston. Tjibbe stoot hem aan. 'Voorzichtig man, straks denken ze dat je zit te gokken en dat is hier voor het oog ten strengste verboden.' Tik eens dat andere woord dat je hebt opgeschreven of zullen we meteen opa proberen. Ik ben er van overtuigd dat Gulliver iets van zijn opa in de politieman herkende.
'Isoisä' zegt Google. 'Zie je, het kan niet missen. Gulliver komt uit Finland, hoe kwam dat ventje op die grote oceaan in dat bootje terecht? Ergens moeten er mensen zijn die hem missen.' Gaston zoekt op een website voor kinderen en komt uit bij een tekenfilmpje begeleid door een slaapliedje.
Hij luistert aandachtig. 'Geen idee wat ze zingen, maar Gulliver moet dit als muziek in de oren klinken. Geen autoriteit die mij morgen tegenhoudt om naar het weeshuis te gaan. Hij moet dit horen en zien. We gaan hem blij maken.'
Een bescheiden kuch haalt de mannen uit hun concentratie. Achter hen staat de receptionist. 'Commandant Hoesseini vraagt u aan de telefoon.'
Tjibbe loopt met hem mee. 'Met Boersma.'
'Hoesseini hier, er is een probleem met jullie drenkeling, sinds mijn vertrek is hij niet te houden. Krijsend is hij onder het verste bed in de slaapzaal gekropen en daar zit hij nu al een paar uur met die lege fles in zijn knuistje geklemd. Hij is niet te bewegen daar vandaan te komen. Natuurlijk kun je dat bed simpel aan de kant schuiven, maar ze willen hem niet nog meer van streek maken. Kortom, wilt u of één van uw collega's naar het weeshuis gaan. Ik stuur een auto.'
'Pak die laptop op Gaston, we gaan naar het weeshuis. Gulliver heeft zich onder een bed verschanst en wil er niet onder vandaan komen, ze hebben onze hulp nodig. Je hebt op tijd dat filmpje gevonden, het moet gek gaan als we hem daar niet mee kunnen lokken.'
Bij de receptie krabbelt Tjibbe snel een boodschap op een briefje.
'Zijn naar het weeshuis, uitleg volgt.'
'Mijn collega's zijn in het zwembad wilt u ervoor zorgen dat ze dit bericht lezen?'