Tijdens de Eerste Wereldoorlog wordt vlak achter de Belgische frontlinie een soldaat gevonden. Hij is niet gewond, maar weet niet wie hij is. Men brengt hem naar een gesticht voor krankzinnigen. Vier jaar na de oorlog vindt hij via een advertentie zijn familie terug. Hij blijkt Amand Coppens te heten en hij heeft een vrouw, Julienne, en twee kinderen. Julienne neemt hem mee naar huis, maar hij herinnert zich zijn leven met haar niet. Het is een vreemde, ongemakkelijke situatie, ook voor haar. Ze vertelt hem over hun verleden en hij probeert de man te worden die hij ooit was, en zo worden ze opnieuw verliefd, veel verliefder dan ze ooit waren toen ze jaren geleden met elkaar trouwden. Naarmate hij zich meer op zijn gemak voelt in zijn nieuwe leven krijgt hij vaker nachtmerries over zijn tijd in de loopgraven. Het ergste vindt hij nog wel dat hij, afgaand op zijn nachtmerries, van de door hem begane gruwelijkheden heeft genoten. Dat kan hij zichzelf niet vergeven.
De herinnerde soldaat is een roman over het begrip ‘identiteit’. Amand heeft geen echte identiteit omdat hij geen herinneringen van voor 1918 heeft. Hij moet zich in de wereld zien te redden zonder het houvast van het verleden.
Anjet Daanje (1965) is schrijfster van romans en verhalen, en voorheen ook filmscenario's. Haar negende roman "Het lied van ooievaar en dromedaris" stond wekenlang in bestsellerlijsten, en won de Libris Literatuurprijs én de Boekenbonliteratuurprijs (voorheen AKO-literatuuprijs), en is daarmee de enige roman die ooit beide grote prijzen kreeg toegekend. Haar achtste roman "De herinnerde soldaat" won de F. Bordewijkprijs 2020. Voor haar gehele oeuvre won ze de Constantijn Huygensprijs 2023.
Op de Beurs van Bijzondere Uitgevers werd dit boek door de Groningse uitgever Anton Scheepstra himself, aangeprezen als een indrukwekkende, historische roman met een absoluut literair gehalte. Wij van WC-eend..? Hij bleek de plank echter niet misgeslagen te hebben. Voortdurend herhalende patronen, personages die bijna eindeloos om elkaar heen blijven draaien en een verhaal dat in lange zinnen met cyclische bewegingen meandert, waardoor je een gestaag repeterende beweging gewaarwordt. En dat in een vuistdikke roman van 536 pagina's. Oersaai? Absoluut niet! FENOMENAAL!
Anjet Daanje (Wijster, 1965) heeft acht romans op haar naam staan en is, tot ongenoegen van Kees 't Hart, nooit echt doorgebroken bij het grote publiek. Tót het verschijnen van haar laatste roman, De herinnerde soldaat, die op 22 mei jl. is het beloond met de titel Beste Groninger Boek 2020 en is opgenomen in de Longlist Libris Literatuurprijs 2020. Al tijdens haar middelbare schooltijd maakt ze - samen met haar broer - twee speelfilms en zeven scenario's voor hoorspelen. Na haar studie wiskunde verschijnt in 1993 haar eerste roman en legt ze zich succesvol toe op het schrijven van filmscenario's en een televisieserie.
Het verhaal speelt zich af in Kortrijk - België, in de jaren na de Eerste Wereldoorlog. Noen Merckem slijt al vier jaar zijn dagen in een gesticht. Hij is als soldaat gevonden achter het Belgische front, niet gewond, maar verward, niet aanspreekbaar en verstoken van enige herinnering van het leven dat hij daarvoor heeft geleid. Zijn naam dankt hij aan de plaats waar ze hem hebben gevonden. Hij is er tevreden, heeft zijn werk in de moestuin, belijdt zijn geloof en vindt houvast bij de voorspelbaarheid van de dagelijkse dingen.
Dan verschijnt er een vrouw die in hem haar echtgenoot herkent: Amand Coppens, 35 jaar oud en eind 1917 vermist geraakt. Alles klopt en acht jaar nadat ze haar man ten strijde heeft zien vertrekken, kan Julienne hem eindelijk weer mee naar huis nemen.
Onwennig maakt hij kennis met het huis, de twee kinderen en het leven met Julienne. In eerste instantie zijn de kinderen afhoudend en brengt hij zijn nachten door op de bank, maar langzamerhand wennen ze aan het leven met elkaar.
'En ineens staat zij in haar nachtpon in de deuropening, en hij weet niet zeker of ze er wel echt is, of hij toch niet ongemerkt in slaap is gevallen, en zij had er niet op gerekend dat hij wakker zou zijn, ze mompelt betrapt dat ze naar de koer moet, en hij is haar zo dankbaar dat ze hem van deze nacht komt verlossen, ze steekt haar hand naar hem uit, en hij weet dat hij het niet moet doen, maar hij loopt naar haar toe en hij pakt haar warme vingers beet en laat zich door haar meevoeren de trappen op naar hun slaapkamer, naar hun bed, waar hij veilig naast haar kan liggen.'
Amand en Julienne vinden elkaar in de liefde, maken plezier en het gezin vindt zijn draai met elkaar. Ze vertelt hem hoe ze elkaar hebben leren kennen, dat ze uit een totaal verschillend milieu komen, waar ze de eerste keer hebben gevrijd en dat hij haar en hun tweejarige zoon verliet om mee te strijden in de loopgraven. Voor de oorlog was hij fotograaf en zij heeft hun zaak al die jaren draaiende gehouden. Geduldig leert ze hem de kneepjes van het vak weer en samen runnen ze de winkel: zij fotografeert en hij doet het werk in de donkere kamer. Heel lucratief is haar idee om oorlogsweduwen te fotograferen, met Amand in soldatenuniform achter hen. Julienne retoucheert de foto's en met verbazing ziet hij dat ze zijn gezicht iedere keer weer een andere uitstraling weet te geven, passend bij de overledene wiens plaats hij op de foto inneemt. Zoals ze de foto's retoucheert, retoucheert ze ook hun leven. Een prachtige metafoor!
Ondanks haar geduldige verhalen, is Amand regelmatig wat achterdochtig en vraagt haar dan uit. Hoe het zit met de waarheid? Dat is niet alleen iets wat hém bezighoudt, maar ook de lezer heeft het gevoel op het verkeerde been gezet te worden door zijn vrouw.
In de gehele roman blijft het perspectief bij de protagonist, Amand, waardoor de lezer, dieper dan diep, onder zijn huid kan kruipen en zich in kan leven in zijn gedachten- en ervaringswereld. De auteur heeft hier echter niet gekozen voor het ik-perspectief, maar voor de derde persoon enkelvoud. Opvallend is dat het verhaal volledig in de tegenwoordige tijd is geschreven, zodat het chronologisch is opgebouwd en de lezer zich probleemloos kan verplaatsen in de eerste jaren na de Eerste Wereldoorlog. Het tijdsbeeld en de toen geldende mores zijn, tot in de allerkleinste details, levensecht en realistisch neergezet.
Amand krijgt steeds vaker te maken met nachtmerries en ontdekt dat hij van zijn wandaden lijkt te hebben genoten. Dit is zo angstaanjagend dat hij bang is om in slaap te vallen. Julienne neemt het op zich om over hem te waken en wekt hem wanneer hij angstig droomt.
Maar dan komen ook overdag de demonen los in Amand. Hij zakt weg in korte perioden van vergetelheid, lijkt hiermee zijn eigen flashbacks te creëren en kan zich er later niets meer van herinneren, ook niet als blijkt dat hij Julienne tijdens zo'n toeval fiks heeft toegetakeld. De sfeer wordt door dit gegeven steeds grimmiger en langzaam maar zeker lijken er toch herinneringen uit zijn verleden op te poppen. Herinneringen die hij maar wat graag wil verifiëren...
Door de herhalingen - ook die van de dagelijkse rituelen - krijgt het verhaal een consequente vertelstructuur. In een bijna flegmatische cadans kabbelt het indrukwekkend voort, geeft steeds iets meer prijs, zoals bij een ui waar iedere keer de buitenste rok af wordt gepeld en langzaam de kern wordt blootgelegd.
Ook al is het verhaal in de derde persoon enkelvoud geschreven, door de lange, voortdurend kronkelende zinnen lijkt het toch verdacht veel op een stream of consiousness, omdat je uitsluitend met Armand in zijn hoofd ronddwaalt. Dit gevoel wordt versterkt door de gewaagde, spannende schrijfstijl - die in het begin heel vreemd aandoet - door de lange, samengestelde zinnen en het veelvuldige gebruik van het woordje 'en'. Daanje begint zelfs de meeste alinea's hiermee. Toch heeft dit een duidelijk effect; je voelt wat hij voelt, wat hij denkt en wat zijn demonen zijn, en hij wordt daardoor psychologisch zeer realistisch uitgediept.
Zoals al vermeld; Fenomenaal! Een boek om te her-, her-, herlezen. Jammer dat het niet in hardcover is uitgevoerd.
Meeslepend en intens. Beeldschoon proza. Een nieuwe klassieker van de toekomst.
Dit boek maakt me zwaarmoedig. En dat maakt het lastig op te pakken. En dat komt ook door de toon, deze blijft egaal en dezelfde, ook bij gebeurtenissen. En en en en. En rond pagina 100 begint de clou door te dringen. En dan is het nog 400 pagina's gaan. En waar is die fiets toch gebleven? En natuurlijk is het knap geschreven: zinnen van meer dan honderd woorden die heerlijk doorkabbelen. En geen leestekens als iemand iets zegt. En de manier van schrijven past ongetwijfeld precies bij geheugenverlies. En de beschrijving van de nachtmerries die overlopen in de werkelijkheid. En ook is de achtergrondkennis over België en de beschrijving van de situatie in Duitsland net na de Eerste Wereldoorlog indrukwekkend. En toch.. En toch is het boek te lang, de talloze malen dat Armand en Julienne zich uitkleden, ontbijten, kolen halen, dat had wel een keertje minder gekund. En het leesplezier wordt allengs minder, totdat helemaal aan het einde een versnelling optreedt. En het boek toch nog leesbaar en enigszins verrassend afloopt.
Het is in het begin even wennen: met zinnen van soms wel meer dan 100 woorden heb je misschien even de tijd nodig om in het verhaal te komen. Maar gaandeweg merk je dat je door deze schrijfstijl juist een goed beeld krijgt van de stormachtige ontwikkelingen die de hoofdpersoon in dit boek overkomen: na geheugenverlies als gevolg van de trauma’s van de loopgraven, wordt de Vlaamse soldaat Amand Coppens gevonden door zijn vrouw. Hij dient zijn vorig leven - waar hij zich dus niks van herinnert - weer op te nemen.
De relatie met zijn vrouw kent zijn ups en downs, maar op een gegeven moment denkt hij zijn geluk met haar te hebben hervonden. Denkt hij, want de trauma’s komen terug: in de vorm van vele nachtmerries, willekeurige herinneringen die hij zich niet kan plaatsen en momenten waarin hij helemaal van de kaart is. Op een gegeven moment lijkt het erop dat hij een gespleten persoonlijkheid heeft ontwikkeld, waarna de lezer een verrassende plot twist staat te wachten.
Zoals gezegd, het was even wennen, met name de schrijfstijl. Maar dankzij die schrijfstijl blijft de vaart erin. Nergens vervalt het verhaal in een laag tempo waarin alles eindelijk op zijn pootjes terechtkomt. Integendeel, de hoofdpersoon vindt nergens rust en wordt geleefd tussen hoop en vrees. Laat je gewoon meedrijven op de woordenstroom.
Halverwege dit boek begon ik mijn aandacht wat te verliezen. Juist doordat het erop leek dat de hoofdpersoon eindelijk zijn zaakjes op orde begon te krijgen had ik het idee dat de spanning er wat vanaf was. Achteraf ben ik blij dat ik het boek tot het einde heb uitgelezen, anders had ik de grande finale aan het eind gemist.
Спомените са като коварни плаващи пясъци из здрача на паметта. А в любовта всеки много или малко измисля другия, и накрая трябва да направи избор какво е истина…
Пет години след края на първата световна война в белгийски приют за ветерани един от тях няма никакъв спомен от фронта, нито от живота си преди това. Докато не става чудо и в отговор на обява във вестника съпругата му не го разпознава и отвежда у дома.
Но случват ли се чак такива чудеса? Къде свършва реалността и къде започва илюзията? Къде започва близостта и къде избледнява кошмарът? Кое изгражда идентичността и самоличността?
Книгата е танго за двама - с него и с нея. Двамата често объркват стъпките и се препъват, но неизменно следват мелодията, често без дори да разберат. Мелодията не винаги е приятна, често е фалшива и скърцаща. Докато внезапно и неочаквано отново прелее в музика.
Тежичък е за четене този своебразен поток на съзнанието в трето лице. Повторенията от един момент нататък ми се понатрупаха и сюжетът зацикли. Щеше да е доста по-добре част от обема да беше отпаднал. Краят върна цялостното звучене и завърши рамката - единствено това ми осмисли прочита, така че ще съм щедра. Но все пак какъв хубав разказ би се получил вместо всички тези страници и страници!
П.П. Странно, че авторката не е превеждана на английски - тя е писала и други любопитни заглавия, които си остават безмълвни на непознатия ми холандски…
——— ▶️ Цитати:
📸 “…може би човек се нуждае от минало, за да е щастлив…”
📸“…нещо коравосърдечно има в това, сякаш притежанието на фотоапарат и дава право да злоупотребява с ближните си.”
📸“…и е изумен колко лесно е човек да превърне живота си във вдъхновяваща история, в която всеки факт е истина, но тя от начало до край е лъжа.”
📸“…светът изниква зловещо реален, сякаш го е чакал в засада…”
📸“…в книгата можеш да се върнеш назад няколко страници, в мечтата можеш да започнеш всичко отначало, но в реалността изреченото веднъж не може да се отмени.”
Noen Merckem, een soldaat met geheugenverlies, is genoemd naar respectievelijk het moment waarop en de vindplaats waar ze hem volledig gedesoriënteerd aangetroffen hebben aan het einde van de Eerste Wereldoorlog. Hij wordt jaren later door Julienne herkend in een psychiatrische instelling en iets later, met wat vertraging, naar huis gebracht. Ze is door het dolle heen dat ze haar vermiste en dood gewaande echtgenoot, jaren na de wapenstilstand, als bij wonder teruggevonden heeft.
Eind goed al goed, denkt een mens dan, maar daarna wachten nog meer dan 400 pagina's. Die vult Anjet Daanje met rake beschrijvingen van nachtmerries, veroorzaakt door posttraumatisch stresssyndroom, romantische scènes, conflicten en verzoeningen. Dit alles in een poging van beide gebroken mensen - en hun twee kinderen - om met vallen en opstaan datgene wat rest van hun leven terug op de rails te krijgen.
En al de rest van het verhaal, daar mag je eigenlijk niets over weten vóór je aan deze verslavende lectuur begint. Daanje haalt ergens aan het einde van het verhaal zelf de reden daarvoor aan: "Bij een boek kun je een paar bladzijden teruggaan, in een droom kun je opnieuw beginnen, maar de werkelijkheid eenmaal gezegd, kan niet ongedaan worden gemaakt."
Het verhaal komt bijzonder traag op gang, tergend langzaam bij momenten, en Daanje start nagenoeg al haar paragrafen met het woordje 'En'. Het is een vreemde gewaarwording, maar het went. En eens je twee derde van de roman achter de kiezen hebt, versnelt het tempo en kan je het boek niet meer aan de kant leggen. Werkelijk alles klopt: de stijl, de plotwendingen, de dromen én het einde.
Bijzonder boek. Prachtig ook. Eerst gaat het over Noen, een naam voor een man die om het middaguur in december 1917 achter het front bij Merckem is gevonden. In 1922 vindt zijn vrouw Julienne hem terug in een Gents gesticht, waar hij woont vanwege geheugenverlies. Niets herinnert hij zich van zijn vroegere leven. Hij, nu Amand geheten, gaat met Julie terug naar Kortrijk om daar zijn leven te hervatten, te hervinden, te herontdekken. En ze worden weer verliefd, hij leert zijn kinderen kennen, en hij pakt zijn fotografieambacht weer op. Maar toch... vertelt zij alle details wel goed? Weerspiegelen zijn dromen zijn oorlogstijd? Het is lastig om je eigen identiteit te creëren met alleen de brokjes informatie die je her en der voorgeschoteld krijgt.
De schrijfstijl is opmerkelijk. Ik begon aan het verhaal en had pas na een paar bladzijden door dat in de lange zinnen veel "en" staat en dat zelfs bijna elke alinea ermee begint. Toch stoorde het niet, je wordt meegevoerd op een stroom richting het einde. Een einde dat na 538 pagina's overigens 180° anders is dan je verwacht.
Dit boek trok mijn aandacht toen het vanuit het niets op de longlist voor de Libris Literatuurprijs verscheen en het is echt jammer dat het de shortlist niet gehaald heeft. 'De herinnerde soldaat' is zeker niet voor elke lezer weggelegd. Maar een dergelijk verhaal gun je iedereen, al was het maar vanwege de vele details die Anjet Daanje uitgezocht heeft.
Echt een intense en pijnlijke maar prachtige leeservaring. Wie ben je nog als je niet meer weet wie je bent en waar je vandaan komt? Identiteit, trauma, psyche, liefde en haat, vertrouwen en wantrouwen, niet alleen ten opzichte van jezelf maar ook van je omgeving. En dan de manier waarop het geschreven is: inderdaad het gros van de alinea's en zinnen begint met 'en', even wennen, maar zo meeslepend. Alsof het leven van Noen/Amand/Louis zelf ver van hem af staat, omdat hij zijn leven wel meemaakt, maar bij alles twijfelt wat echt is en wat niet. En dan heb ik het nog niet gehad over de historie in het verhaal, en tegelijkertijd het alledaagse van het leven van Amand en Julienne: het boek omvat te veel om hier aan te geven, lees hem zelf!
De herinnerde soldaat is een boek zoals ik het niet eerder heb gelezen. De schrijfstijl is uniek en dwingend. Eigenlijk schrijft Daanje zoals je leert hoe het niet moet. Lange zinnen, vaak beginnen ze met het woordje 'en'. Dialogen staan niet tussen aanhalingstekens, er wordt soms binnen een zin gewisseld van vertelperspectief. Maar het werkt! Hoe ze het presteert weet ik niet, maar nergens is het boek onduidelijk. Je gaat helemaal mee in de wereld van Amand en Julienne. Het naoorlogse Vlaanderen tovert Daanje voor je ogen.
Het is mij een raadsel waarom dit boek niet op de shortlist voor de Librisprijs is gekomen. Onvergetelijk. Ik ga alles lezen wat zij schrijft.
? Leeskring Leiderdorp 17/1/23 🤔Een zwaar (soms vroeg ik me af hoeveel pagina's ik weer gelezen had en dan waren het er soms maar 2 ;-)) en beklemmend (ook door de schrijfstijl, al die en.. en.. en..) boek, maar vooral een mooi en romantisch boek om van te genieten met een verrassende ontknoping! MW 17/1/23
Hypnotiserend is misschien wel het beste woord voor dit boek. Van begin tot eind blijf je in de gedachten van Noen-Amand-Louis, de soldaat die in de Eerste Wereldoorlog zijn geheugen verloor. In lange zinnen vloeit de gedachtenstroom van zijn eenvoudige leven over je heen. Dat is in het begin even wennen, in het midden wel eens een beetje saai door vele herhalingen van alledaagsheden en naar het einde toe beangstigend en meeslepend.
Het draait allemaal om: Wie ben je als je geen herinneringen hebt? En vooral wie moet je worden? De man die je vrouw zich zegt te herinneren? De man die in je dromen verschijnt? Of een nieuwe geretoucheerde versie van jezelf die vervelende dingen weglaat of juist herinneringen met elkaar verenigt?
Je begrijpt de opmerkzaamheid van Amand voor alle details, gezichtsuitdrukkingen en beweringen. Hij zoekt houvast, en tegelijkertijd wantrouwt hij zichzelf en Julienne. Dat gevoel wordt ook overgebracht door de stijl en ook de lengte van het boek. Dat hypnotiserende, repetatieve klopt met de obsessieve zoektocht van Amand. Het was een fascinerende leeservaring. Aan het einde kon ik alleen maar verzuchten: "Wow, wat een boek!"
Een boek waarin ik lang twijfelde of ik de traagheid van het verhaal nou juist het boek bijzonder vond maken of toch wel een beetje saai en langdradig. Eigenlijk vind ik dus beide, er zaten veel herhalingen in het boek van gevoelens en emoties waardoor het boek enorm vertraagde, maar er zat ook veel herkenning in menselijke reacties en twijfels. De menselijke psyche werd in ieder geval uitgediept en daarin zaten wel echt een paar mooie pareltjes. En het einde was toch wel echt verassend en zorgde voor een verfrissend besluit.
en verhaal dat mij in eerste instantie deed denken aan de film Memento (Christopher Nolan 2000). Beide gaan over geheugenverlies en welke invloed dit heeft op gevoelsleven, waarneming en sociale relaties, iets wat we tezamen misschien identiteit noemen. Na zijn opgelopen hersenletsel (die zich uit in geheugenverlies) in WO1 proeft, ruikt en voelt hoofdpersoon de wereld om zich heen weer als een baby en dat levert prachtige beschrijvingen op, bijvoorbeeld als hij voor het eerst bij zijn vrouw thuis komt na zijn opname in de Guislain psychiatrische kliniek (vernoemd naar de eerste Belgische zenuwarts)
"En hij schrikt wakker, om hem heen is het aardedonker, hij kan de streep licht van de lamp van de nachtbroeder niet vinden (...) en hij luistert met angstig bonzend hart, zijn slapende vrienden zijn doodstil, ze mompelen niet, snurken niet, woelen niet, hij is alleen, helemaal alleen en hij beseft dat ze hem in de isoleercel moeten hebben opgesloten (...) in deze ondoordringbare duisternis bestaat bestaat geen tijd en geen afstand, er zal nooit een eind aan dit moment komen, het zal niet verstrijken, hij kan er niet van weglopen, want deze ontkenning van alles dat is hijzelf, en hij tast wild om zich heen, de muur is zacht als een mensenlichaam, en hij trekt zijn hand geschrokken terug, (...) en haar en haar herinnert hij zich het eerst en dan herinnert hij zich pas zichzelf en zijn nieuwe leven (...) (p. 41)
Opvallend is natuurlijk het veelvuldige gebruik van het nevenschikkend voegwoord "en". Dat is in het gehele boek (536 pagina) consequent doorgevoerd. Het verbindt twee gelijke zindelen met elkaar verbindt, zonder dat er een logisch verband wordt gelegd tussen beide zinsdelen (zoals bij een onderschikkend voegwoord). Daanje lapt deze taallregel regelmatig aan haar laars, Dat komt de leesbaarheid niet altijd ten goede, maar heeft wel een duidelijk functie in het boek. Het hersenletsel stelt Amand in staat tot het leggen van losse, associatieve verbanden, waarmee hij de angst kan bezweren, maar niet meer tot het leggen van causale verbanden. De vraag is of Amand zijn middelbare schooldiploma nog zou halen, omdat zijn cognitie erg is aangetast door het mosterdgas, maar zijn performatieve intelligentie (handelingsvermogen), is dat allerminst. Deze hypothese vraagt enige suspension of disbelieve, want veel handelingen vragen een bepaalde mate van cognitieve intelligentie. En repareren van een daklekkage is het eerste voorbeeld dat ik me herinner, en het demonteren van een kast voor een verhuizing en het inrichten van een nieuwe donkere kamer voor een fotostudio en is dit nu een droom en werkelijkheid tegelijk. Hoe dan ook stylistische beperking van "en" die Daanje zichzelf oplegt speelt ze briljant uit.
En Amand doet ook ook denken aan een case study uit Awakening (1973, verfilmd in 1990) van de Amerikaanse neuroloog Oliver Sacks (1933 - 2015). En daarin wordt een groep patiënten beschreven die lijdt aan Encephalitis Lethargica, ontstaan direct na WO1, waardoor zij decennia lang in slaap zijn gebleven. En veel mensen die te maken hebben met dementie over niet-aanboren hersenletsel, is het boek een feest der herkenning. En ik, met een vader die op jonge leeftijd niet-aangeboren hersenletsel kreeg, en met dementerende moeder zijn veel dingen die Daanje beschrijft herkenbaar en Amand toont daarmee daarmee dat deze mensen nog wel veel kunnen maar niet alles met een hoe angstig dat voor ze is en hoe puur zo ook leven en hoe chaotisch en onoverzichtelijk hun leven is en hoeveel liefde ze verdienen en hoe moeilijk het soms is om ze die ook te geven en hoe hoeveel geduld dat vraagt en hoe wanhopig mij dat soms maakt.
En dat wel de auteur een Duivelselixer heeft gebrouwen waardoor ik mijn vader en moeder beter kan begrijpen en dat zij het recept heeft ontfutseld aan een Duitse schrijver en dat zijn boek uit 1815 oud is en niet gedateerd en mijn leraar Duits een groot fan was van Hoffman en dat ik vaak uit de klas werd gestuurd en dat E.T.A. Hoffman mij niet interesse en dat Kurt Cobain en dat ze misschien wel op elkaar leken en dat ik vaak uit de Duitse les werd gestuurd en dat mijn leraar toen vertelde dat er een schrijfster uit Groningen was die een achter-achter-achterkleindochter is van Hoffman en dat ik nu eindelijk heb ontdekt wie dat is.
'dan dringt tot hem door dat hij niet weet wie hij zelf is, dat hij haar daarom niet herkent, zijn hoofd is volkomen leeg, hij weet niet eens zijn eigen naam.' 'zonder haar onvoorwaardelijke liefde heeft hij geen idee wie hij is, wat hij hier doet'
Twee citaten uit een imposant, indringend, intrigerend boek. In 1922 herkent Juliette in een Gents krankzinnigengesticht haar man Amand. Deze Vlaamse soldaat is in 1917 op het slagveld ronddolend gevonden, met geheugenverlies. Ze neemt hem mee naar hun huis en fotostudio in Kortrijk. We zitten voortdurend in het hoofd van Amand, volgen steeds zijn gedachtenstromen. Als Juliette hem stukje bij beetje vertelt over hun vroegere leven als hij steeds meer deelneemt aan het dagelijks leven, als model fungeert in de fotostudio en als er opnieuw een diepe liefde en groot geluk ontstaat tussen deze man en vrouw. Maar we zitten ook in zijn hoofd bij zijn vreselijke nachtmerries en als er gaten in zijn tijd vallen. Je voelt zijn angsten, zijn liefde, zijn wantrouwen. Wie is hij echt? Bevatten dromen ook weleens de werkelijkheid? Vertelt Julie wel de waarheid? Wat betekenen zijn vage herinneringen aan de Duitse Käthe, de zwarte hond, de naam Louis en waarom droomt hij soms in het Duits? Er valt nog veel meer over te vertellen maar ik laat het hierbij. Zin in een complex en bijzonder boek dan is het een aanrader. Ik vond het pittig maar prachtig en ontroerend.
4,5 * Vroeger, toen ik nog geen verplichtingen had en ik verslaafd was aan boeken, toen las ik bijna alles wat met de oorlog te maken had. Tot op het punt dat er geen schrapnel, geen loopgraaf en geen niemandsland meer bij kon in mijn hoofd. 20 jaren later stond De herinnerde soldaat stond niet meteen op 1 op mijn to-read lijst, maar door Het lied van ooievaar en dromedaris wou ik het toch een kans geven.
Content van? Niet normaal. Het verhaal vertrekt vanuit Juliette die na vijf jaar zoeken haar man met geheugenverlies terugvindt in het gesticht in Gent. Het is niet gemakkelijk, het tergt iedereens zenuwen en is het is moeilijk. En zo leest het verhaal ook. Het is een uitzonderlijk boek die mij op het spectrum van plezier naar de uitersten drijft. Het is vaak enerverend, lang, draait rond. Maar het is ook slim, gevoelig, genuanceerd, interessant en op een rare manier ook spannend.
Wat ik nu het meest speciaal vind is de manier hoe Anjet, een Nederlandse schrijfster, er echt in slaagt om een West-Vlaamse achtergrond te schetsen die voor mij heel erg klopt. Ze vertelt in een Youtube filmpje hoe ze alles heel precies heeft geresearcht, tot het rooten van het vlas in de Leie in de zomer en de stank die dat toen veroorzaakte toe. Zonder de pretentie te hebben dat ze daar woont, snap je? Jeetje, die vrouw kan schrijven.
Ik heb gelezen over schrapnels, loopgraven en niemandsland. Het bracht mij terug naar mijn tijd als leesverslaafde en ik denk dat ik er terug klaar voor ben.
In aanleg een intrigerend idee: een soldaat keert 5 jaar na WOI terug naar huis zonder nog te weten wie hij is, of de vrouw die hem ophaalt uit het gesticht waar hij verbleef wel zijn vrouw is en of het huis en de kinderen waar zij hem mee naar terug neemt wel van hem zijn. Hoe vind je de weg terug naar jezelf, en naar elkaar? Wie en wat kun je vertrouwen als je geheugen je geen steun geeft? Voor de uitwerking van dit idee heeft de auteur gekozen voor een schrijfstijl die nadrukkelijk afwijkend is van wat je doorgaans zult aantreffen. Vrijwel alle zinnen beginnen met het voegwoord ‘en’. Veel zinnen zijn lang, en bevatten mede daarom nog diverse malen het voegwoord ‘en’. Dat valt op. De auteur heeft dit uiteraard gedaan om een bepaald effect te bewerkstelligen. Dat moet ook gelden voor de keuze om in het geheel geen dialoog te gebruiken. Je kunt niet eens zeggen dat er sprake is van indirecte rede. Het is eerder zoiets als ‘indirecte indirecte rede’, waarbij alles wordt weergeven zoals de hoofdpersoon het hoort: ‘… en Roos wil weten wat hij met het hout gaat doen, iets voor je moeder maken, zegt hij, en Gust en Roos proberen te raden wat, een kast, een stoel, een tafel, en nee, allemaal niet, zegt hij, het is iets wat alleen jullie moeder kan gebruiken, en hij kijkt naar haar en ze wendt met geveinsde onverschilligheid haar hoofd af en zegt tegen Gust dat de konijnen terug in het hok moeten…’ Het is weer wat anders, dat kun je er zeker van zeggen. Een beetje experimenteel. Op zich lovenswaardig. Alleen, de roman telt 500 pagina’s en er is er weinig ontwikkeling. Met kleine variaties herhalen bepaalde scenes zich steeds. Zoals: soldaat heeft nachtmerries, hij weet niet of het werkelijk aan het gebeuren is of niet, schiet wakker, en gelukkig is daar zijn vrouw om hem te troosten. Of: soldaat en vrouw maken ruzie, en leggen het weer bij. Of: soldaat en vrouw gaan vrijen. Deze herhalingen zijn een beetje onvermijdelijk bij het zo lang rekken van de verhaallijn van het geheugenverlies van de soldaat. Het voelt nogal gekunsteld aan. Wat opvalt is het volledig ontbreken van enige humor, ironie of zelfspot. Na ongeveer 450 pagina’s komt er toch wat dynamiek in het stuk. De soldaat gaat op reis naar Duitsland. De beschrijvingen van de enorme armoede en het effect van de hyperinflatie in Duitsland na de eerste Wereldoorlog zijn boeiend. In verrassend rap tempo hervindt de soldaat veel van zijn geheugen. Al met al is het is een erg lange zit dit boek; de auteur heeft mij niet weten te overtuigen dat de gekozen vertelvorm de beste manier voor de uitwerking van dit verhaal. Eerlijk gezegd vond ik het vooral erg saai en ook nogal onaannemelijk. Wel heb ik bewondering voor het scherpe oog van de auteur voor de finesses van de spanningen die in menselijke relaties kunnen optreden. Daarom toch een tweede ster.
Wat een fenomenaal boek - sowieso het beste boek dat ik in jaren gelezen heb. De kracht van dHS zit 'm in de combinatie van een verfrissend originele stijl, een slim plot en levendige karakters. De stijl is een soort innerlijke stem die maar door blijft rollen (en.., en.., en..), waarbij nieuwe indrukken, gevoelens en gesprekken evenveel gewicht krijgen en met een ritmische intensiteit bij de lezer binnenkomen. Het lukt AD daardoor om heel veel beeldende informatie in 1 zin te stoppen, zodat je alles wat er in het verwarde hoofd van Amand Coppens gebeurt tot in het kleinste detail meemaakt. Dat geeft het boek een ongeevenaarde intensiteit. Alle kleine dingen zoals de salon, het winkelbelletje, de Bastos sigaretten, het privaat, de dansavonden, de Leye, de foto's met de weduwen, door de intense stijl komt het volledig tot leven. Het plot begint als een vrij simpel verhaal van een man die zn geheugen kwijt is geraakt tijdens WO1 in de Vlaamse loopgraven en na 5 jaar in een gesticht gevonden wordt door zn vrouw. Samen met haar probeert hij zn eigen leven en hun gedeelde leven terug te vinden, het leven in Kortrijk waar ze samen een fotowinkel bezitten en daarboven wonen met hun 2 kinderen. Alle onzekerheden, twijfels, levenslust - alles maken we mee. Maar geleidelijk blijkt er onder het gereconstrueerde leven in de fotowinkel een ander geheugen wakker te worden, en blijkt Amand iemand anders te zijn, Louis. Deze ontwikkeling is enorm krachtig, juist omdat het zich zo subtiel ontvouwt aan Amand en dus ook de lezer. Ten slotte de karakters. Zelden ben ik zo verliefd geworden op een karakter als de vrouw van Amand, Julienne. Haar onvoorwaardelijke liefde voor Amand is de boei die ondanks alle tegenslagen blijft drijven, haar kracht lijkt onuitputtelijk. Uiteindelijk blijkt zij ook de architect van haar nieuwe man, gevormd door haar toewijding aan een gedurfd plan, waarbij je gaat twijfelen of haar drijfveer wel liefde was of eigenlijk eigenbelang. Schitterend. Bij elkaar een enorme aanrader.
Daanje durft. Haar schrijfstijl voor dit boek wijkt enigszins af van de grammaticale: praktisch elke zin begint met 'en', en omdat elke zin ook een lange en samengestelde zin is barsten die zinnen ook uit elkaar van de 'ennen'. Het heeft minstens 100 pagina's geduurd voordat mijn brein dat een beetje weg kon drukken tijdens het lezen, in het laatste deel was ik er los van. Het verhaal is goed bedacht, historisch correct en ik schat in dat Daanje zich ook goed heeft ingelezen in de posttraumatische-stressstoornis bij oorlogsveteranen. Ik denk dat van alle ingrediënten enkel die beschrijvingen me werkelijk iets deden. Het is een knap, goed, gewaagd boek maar het deed me al met al weinig. Knappe taal en een knap verhaal staan niet gelijk aan voelen, blijkbaar. Althans niet bij mij. Toch moeten mensen het lezen, al was het maar omdat Daanje mij toeschijnt als een pretentieloos mens terwijl ze overduidelijk zeer intelligent en getalenteerd is (in tegenstelling tot veel verwaande Nederlandse auteurs met hun relatief waardeloze schrijfsels imo). Afijn, het eerste boek in 2023 is uit, op naar het uitlezen van wat meer achterstallig onderhoud ;-)
En je zou kunnen zeggen dat het boek wat lang is, dat de kinderen er bekaaid vanaf komen, maar waarom zou je spijkers op laag water willen zoeken als een boek zo rijk is, zoveel zegt over identiteit, over schijn en werkelijkheid, over trauma's, over liefde, over het menselijk gedoe? En je zou nog zoveel meer kunnen schrijven over dit verhaal, bijvoorbeeld dat je veel leert over het leven na WOI, over Kortrijk, over de vlasteelt, over fotografie, over het boerenbedrijf, over kleding, over het privaat, over hyperinflatie. De herinnerde soldaat is gewoon echt een heel mooie roman.
Het plot is bijzonder goed; spannend tot de laatste bladzijde. De schrijfstijl is even inkomen: de zinnen zijn lang en beginnen veelal met ‘en’, waardoor het leest als een ‘en toen, en toen’-verhaal. Dit geeft het verhaal dan wel weer een bepaalde gejaagdheid/verontrustheid mee die goed bij het thema past. Verhaal geeft een intrigerende kijk op het thema ‘wat is identiteit’. Kleine minpuntjes: tijdens het lezen miste ik af en toe een uitwerking van bepaalde verhaallijnen, zoals de relatie tussen Amand en Gust. En het motief van de trein lag er soms iets te dik bovenop.
De eerste ca honderd pagina's vind ik magistraal net als het gebruik van het woordje 'en' als stijlfiguur. Naarmate het verhaal vorderde en er weinig gebeurde, er veel werd gehaald ging dat consequent vasthouden aan dat stijlfiguur me wel storen. Zo langzaam als het verhaal zich ontwikkelt, zo verrassend snel volgen de gebeurtenissen aan het einde zich op. Ondanks wat kritische noten toch n mooi en bijzonder boek
Sodemieters, dit is me wat. Verbluffend goed, soms heeel traag maar vooral verslavend. En dat ontzettend veel zinnen met ‘en’ beginnen, zelfs dat went.
Sorry alvast voor hoe onuitstaanbaar ik ga zijn als ik dit boek aan iedereen aanraad die ik tegen kom (maar serieus, zo'n goed boek heb ik in geen tijden gelezen)
De verwachtingen waren hooggespannen, na het lezen van Daanje’s ‘Het lied van ooievaar en dromedaris’. Ze zijn waargemaakt - ik vind ‘De herinnerde soldaat’ zeker zo goed. Het verhaal is bijzonder en aangrijpend: een soldaat die niet weet wie hij is, komt kort na de Eerste Wereldoorlog terecht in wat toen een gesticht voor krankzinnigen werd genoemd. Hij blijkt Amand Coppens te heten en een vrouw en twee kinderen te hebben. Zijn vrouw neemt Amand mee naar huis, maar hij herinnert zich zijn leven met haar niet.
De getraumatiseerde Amand probeert de man te worden die hij ooit was. De roman gaat vooral over de complexe relatie die zich ontwikkelt tussen Amand en zijn vrouw. Hoe red je je in je huwelijk en de wereld daarbuiten als je geen identiteit hebt? Anjet Daanje werkt dit thema prachtig uit, in een kenmerkende schrijfstijl. De meeste alinea’s beginnen met ‘En toen…’ of ‘En hij…’. Dat geeft het verhaal een cadans die maakt dat je er als lezer moeilijk van loskomt.
Sommige dagen pakte ik het boek zodra ik maar een vrij moment had, om de tijd te verliezen terwijl ik las. Andere dagen voelde ik bijna weerzin om verder te lezen. Het innerlijke leven van Armand is af en toe zo beklemmend en naar, dat ik het moeilijk te verdragen vond.
Dezelfde tegenstrijdige ervaringen had ik trouwens met ‘Het lied van ooievaar en dromedaris’. Zo mooi dat literatuur dat kan bewerkstelligen! Voor mij hoort Anjet Daanje tot de beste Nederlandse schrijvers van nu.
Een fascinerend en ontroerend gegeven wordt in een afmattende en vermoeiende stijl verhaald. En er is weinig ontwikkeling in het verhaal. En van een spanningsboog is ook nauwelijks sprake. En er wordt eindeloos herhaald. En naar het einde toe wordt het steeds onwaarschijnlijker, en ook niet altijd even consistent. En, en, en...