Jump to content

krabbekoker

From Wiktionary, the free dictionary

Dutch

[edit]

Noun

[edit]

krabbekoker m (plural krabbekokers, diminutive krabbekokertje n)

  1. strange, awkward, incompetent person
    (Citaat uit FC De Kampioenen, een VRT komische televisieserie) "Bende krabbekokers…" zei Boma. (refererend naar zijn café ploeg)
    (From FC De Kampioenen, a VRT comedy) "Bunch of makeweights..." said Boma. (referring to his Sunday league soccer team)

References

[edit]