modehuis
Uiterlijk
- mo·de·huis
- samenstelling van mode zn en huis zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | modehuis | modehuizen |
verkleinwoord | modehuisje | modehuisjes |
het modehuis o
- een winkel waar men (dames)kleding kan kopen
- Ze herinnert zich hoe ze in de jaren zestig met haar moeder en drie oudere zussen naar het modehuis Meddens in Den Haag ging om handschoenen te kopen. De Van den Borns waren „een beetje een kakfamilie, zal ik maar zeggen” - en volgens haar ging Meddens speciaal voor hen open.[1]
- bedrijf dat modekleding ontwerpt en maakt
- ▸ Collega-topmodel Emily Ratajkowski verscheen in een Versace-jurk die in 1992 de catwalk sierde. Een duurzaam statement kwam ook van zangeres Billie Eilish met haar Victoriaans ogende jurk van Gucci, gemaakt van stoffen die het modehuis eerder gebruikte of over had.[2]
- Het woord modehuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "modehuis" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ NRC Milou van Rossum 5 december 2016
- ↑ Weblink bron Susan Sjouwerman“Op rode loper van het Met Gala is niet alleen de dresscode belangrijk” (3 mei 2022), NOS
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be