airco
Uiterlijk
- air·co
- uit het Engels [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | airco | airco's |
verkleinwoord | aircootje | aircootjes |
de airco v
- airconditioning
- ▸ ‘Voor het geld dat we betalen verwacht je toch dat die airco functioneert,’ gromde hij.[2]
- Het woord airco staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "airco" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ airco op website: Etymologiebank.nl
- ↑ “All-inclusive” (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht , ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be