beende aan
Uiterlijk
- Geluid: beende aan (hulp, bestand)
- been·de aan
vervoeging van |
---|
aanbenen |
beende aan
- enkelvoud verleden tijd van aanbenen
- Ik beende aan.
- Jij beende aan.
- Hij, zij, het beende aan.
- Ik beende aan.
- Het woord beende aan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.