belichtingstijd
Uiterlijk
- be·lich·tings·tijd
- samenstelling van belichting zn en tijd zn met het invoegsel -s- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | belichtingstijd | belichtingstijden |
verkleinwoord |
de belichtingstijd m
- tijd dat een lichtgevoelig materiaal wordt blootgesteld aan het licht bij het maken van een opname
- ▸ De eerste oorlogsfotografen konden hun werk pas doen als de gevechten al weer voorbij waren, omdat er nog een lange belichtingstijd nodig was. De eerste foto's van slagvelden waren dus tot rust gekomen kanonnen en gesneuvelde militairen.[2]
- ▸ In het boekje hield Levick aantekeningen bij over de foto's die hij maakte, zoals het onderwerp en de belichtingstijd. Meek: "We weten niet hoe hij het boekje is kwijtgeraakt. Is het van een slee gevallen? Viel het uit zijn jas? Maar hij zal het vast gemist hebben."[3]
- Het woord belichtingstijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “fotografen gaan net een stap verder” (21-04-2011), NOS
- ↑ Weblink bron “IJs geeft boekje gedoemde poolexpeditie prijs” (25-10-2014), NOS