Naar inhoud springen

Peter Andreas Hansen

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Peter Andreas Hansen
Peter Andreas Hansen
Peter Andreas Hansen
Algemene informatie
Land Hertogdom Sleeswijk
Geboortedatum 8 december 1795
Geboorteplaats Tønder
Overlijdensdatum 28 maart 1874
Overlijdensplaats Gotha
Begraafplaats main cemetery Gotha
Werk
Beroep wiskundige, astronoom, geodeet, wetenschapper, adviseur, horlogemaker
Werkveld astronomie, astronomisch observatorium, astrometrie, wiskunde, klok, tijdmeting
Werkplaats Gotha
Promovendi Hugo Gyldén
Studie
School/universiteit Friedrich-Schiller-Universität Jena
Promotor Heinrich Christian Schumacher
Familie
Kinderen Marie Hansen-Taylor
Persoonlijk
Talen Duits
Diversen
Lid van Royal Society, Deutsche Akademie der Wissenschaften Leopoldina, Kungliga Vetenskapsakademien, Russische Academie van Wetenschappen, Accademia dei Lincei, American Academy of Arts and Sciences, Saksische Academie van Wetenschappen, Accademia Nazionale delle Scienze detta dei XL
Prijzen en onderscheidingen Copley Medal (1850),[1] Orde van Verdienste voor Kunst en Wetenschap, Gouden medaille van de Royal Astronomical Society (1860), Foreign Member of the Royal Society (4 juni 1835)
De informatie in deze infobox is afkomstig van Wikidata.
U kunt die informatie bewerken.

Peter Andreas Hansen (Tondern, 8 december 1795Gotha, 28 maart 1874) was een Duits astronoom.

Hansen werd in 1795 geboren in het toen nog Duitse Tønder in het noorden van Sleeswijk als zoon van een goudsmid. Hij volgde een opleiding tot horlogemaker en was als zodanig werkzaam in Tønder en in Berlijn van 1818 tot 1820. De wetenschap had echter zijn voorkeur en een lokale arts overtuigde zijn vader hem naar Kopenhagen te sturen voor verdere scholing. Hansen kwam in dienst bij de astronoom Heinrich Christian Schumacher en trok zelfs de aandacht van koning Frederik VI. Hansen assisteerde Schuhmacher bij diens werk ten behoeve van de eerste driehoeksmeting van geheel Denemarken, voornamelijk in het nieuwe observatorium van Altona van 1821 tot 1825.

Aansluitend werd Hansen directeur van het observatorium van Gotha. Hij zou er tot aan zijn dood blijven, hoewel hem meermaals interessante posities elders zijn aangeboden. Aan zijn sterrenwacht verrichtte Hansen waarnemingen en combineerde deze met inspanningen op het gebied van de theoretische sterrenkunde, in het bijzonder hemelmechanica. Onderzoek naar zwaartekrachtgebaseerde afwijkingen in de banen van Jupiter en Saturnus leverde hem in 1830 een onderscheiding op van de Berlijnse academie van wetenschappen. In 1837 leidde Hansen , die ook zeer deskundig was op het gebied van de geodesie, belangrijke landmeetkundige projecten in het hertogdom Saksen-Coburg en Gotha. In 1838 publiceerde Hansen nieuwe inzichten in de baan(afwijkingen) van de maan. Daarop gebaseerde efemeriden (astronomische tabellen) werden in 1857 gepubliceerd op kosten van de Britse overheid en in 1862 opgenomen in The Nautical Almanac, een belangrijk hulpmiddel bij het navigeren op zee. Indertijd werd aangenomen dat met Hansens theorieën de beweging van de maan afdoende was verklaard, maar reeds na tien jaar moest de astronoom Simon Newcomb de eerste correcties aanbrengen.

Tweemaal werd Hansen onderscheiden met de Gouden medaille van de Royal Astronomical Society: in 1842 en in 1860. In 1850 werd hem de Copley Medal verleend, de belangrijkste wetenschapsprijs van de Royal Society, de Britse academie van wetenschappen.[2] In 1865 werd hij als buitenlands lid toegelaten tot de Zweedse academie, de Kungliga Vetenskapsakademien.

Hansen overleed in 1874, in het nieuwe observatorium van Gotha, dat onder zijn leiding in 1857 was gebouwd.