Naar inhoud springen

toelichten

Uit WikiWoordenboek
  • toe·lich·ten
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
toelichten
/ˈtulɪxˌtə(n)/
lichtte toe
/ˌlɪxtəˈtu/
toegelicht
/ˈtuɣəˌlɪxt/
zwak -t volledig

toelichten

  1. ditransitief verduidelijken, uitleggen
    • Je moet je argumenten toch wat beter toelichten, anders worden ze verworpen. 
    • Ze kregen het keurig toegelicht. 
100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be