Naar inhoud springen

Tin(IV)oxide

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Tin(IV)oxide
Structuurformule en molecuulmodel
Eenheidscel van tin(IV)oxide
Eenheidscel van tin(IV)oxide
Algemeen
Molecuulformule SnO2
IUPAC-naam tin(IV)oxide
Andere namen tindioxide
CAS-nummer (watervrij) 18282-10-5
(hydraat) 13472-47-4
EG-nummer 242-159-0
PubChem 29011
Wikidata Q129163
Beschrijving Wit of lichtgrijs poeder
Waarschuwingen en veiligheidsmaatregelen
Opslag Gescheiden van sterk reducerende stoffen.
LD50 (ratten) (oraal) > 20.000 mg/kg
(intraperitoneaal) > 6600 mg/kg
Fysische eigenschappen
Aggregatietoestand vast
Kleur wit-lichtgrijs
Dichtheid 6,95 g/cm³
Smeltpunt 1630 °C
Sublimatiepunt 1800 °C
Goed oplosbaar in geconcentreerd zwavelzuur
Onoplosbaar in water
Geometrie en kristalstructuur
Kristalstructuur tetragonaal
Tenzij anders vermeld zijn standaardomstandigheden gebruikt (298,15 K of 25 °C, 1 bar).
Portaal  Portaalicoon   Scheikunde

Tin(IV)oxide of tindioxide is een oxide van tin, met als brutoformule SnO2. De stof komt voor als een wit tot lichtgrijs poeder, dat onoplosbaar is in water. In de natuur komt het voor als het mineraal cassiteriet. Het poeder is diamagnetisch, amfoteer en kan voorkomen als een watervrije of gehydrateerde stof.

Tin(IV)oxide kan op verschillende manieren worden bereid:

De jaarlijkse wereldwijde productie van tin(IV)oxide bedraagt ongeveer 10.000 ton.[1]

Eigenschappen en reacies

[bewerken | brontekst bewerken]

Ondanks het feit dat tin(IV)oxide onoplosbaar is in water en dat ook cassiteriet moeilijk oplost in zuren of basen, is de stof amfoteer.

Reactie met zuren

[bewerken | brontekst bewerken]

Tin(IV)oxide reageert met zuren. Halogeenzuren, zoals waterstofjodide of waterstofchloride, vallen hierbij SnO2 aan en vormen zogenaamde hexahalostannaten, zoals bijvoorbeeld [SnI6]2−. Een voorbeeldreactie wordt uitgevoerd met waterstofjodide:[2]

Op dezelfde wijze lost SnO2 op in zwavelzuur, waarbij het sulfaat wordt gevormd:[1]

Reactie met basen

[bewerken | brontekst bewerken]

Tin(IV)oxide lost op in sterke basen, waardoor stannaten worden gevormd. Een voorbeeld reactie is die met natriumhydroxide, waarbij natriumstannaat wordt gevormd:[1]

Tin(IV)oxide wordt als halfgeleider gebruikt in fotovoltaïsche cellen, in lcd-schermen en in gassensoren. Verder dient het als polijstmiddel voor staal, glas en natuursteen en als product voor het mat maken van glazuur, melkglas en email.

Tin(IV)oxide wordt in laboratoria en bij industriële chemische processen gebruikt als katalysator.

Toxicologie en veiligheid

[bewerken | brontekst bewerken]

Tin(IV)oxide reageert hevig met sterk reducerende stoffen.

De stof kan mechanische irritatie aan de luchtwegen teweegbrengen. De longen kunnen aangetast worden bij herhaalde of langdurige blootstelling aan poederdeeltjes of kristallen, met als gevolg een goedaardige stoflong. De drempelwaarde voor tin(IV)oxide bedraagt 2 mg/m³.

[bewerken | brontekst bewerken]